Inzichten 

Waardegedreven zorg vraagt om klinisch leiderschap

Door: Cassandra Koning, Bureau Helder

Zorg in Nederland behoort tot de duurste maar ook de beste zorg van Europa. De totale kosten van de Nederlandse zorg bedroegen in 2023 circa 10% van het bruto binnenlands product (bbp). Het Centraal Planbureau (CPB) verwacht dat ze tegen 2060 zo'n 18 procent van het bbp zullen bedragen. We weten dat het huidige model niet houdbaar is en een transformatie is in gang gezet, maar de vraag is: wie leidt deze transformatie?

In zijn boek Redefining Health Care beschrijft Michael Porter de transitie naar Value Based Health Care (VBHC), ook wel waardegedreven zorg. Waardegedreven zorg draait om het maximaliseren van de waarde voor de patiënt, door te streven naar de beste verhouding tussen de uitkomsten en kosten van zorg. Veel organisaties zijn gestart met de implementatie van VBHC of soortgelijke initiatieven. Deze overgang van ‘volume based care’ naar ‘value based care’ vraagt echter om nieuwe strategieën en modern leiderschap.  

Waardegedreven zorg vraagt om versterking van klinisch leiderschap. Om te veranderen en terug te kunnen gaan naar het oorspronkelijke doel van de zorg, is het van belang dat de professional de regie terugpakt. De paradox hierin is echter dat zij die in de voorhoede zouden moeten staan van deze zorgtransformatie, vaak aan de zijlijn staan. De professionals hebben het druk met hun administratie, overleg en coördinatie. Ze zijn overbelast en voelen zich niet gesteund in hun streven naar waardetoevoeging. Wanneer klinisch leiderschap mist, zal de transformatie in de zorg in het gunstigste geval bestaan uit een lappendeken van tijdelijke oplossingen gedreven door kortetermijndenken. Lean-achtige methodieken om professionals te betrekken bij procesherontwerp zijn vaak in beperkte mate effectief, omdat ze niet in hun volle omvang worden toegepast, of blijven steken in de instrumenten en voorbijgaan aan visie en leiderschap. 

klinisch leiderschap

Buiten de spreekkamer zijn geïnstitutionaliseerde belangen gecreëerd die niet per se in het belang zijn van de patiënt. De enige uitweg is de weg terug naar de kern: het meten en vergelijken van uitkomsten, het verbeteren van processen en het herinrichten van de zorg naar het inzicht van de professional. Precies deze transformatie vraagt om vernieuwend leiderschap. Bij artsen lag de nadruk in hun opleiding vooral op de klinische kant van hun talenten, kennis en kunde en ontbreekt scholing in het strategisch, resultaat- en mensgericht leiderschap. Maar later in hun carrière hebben veel artsen leidinggevende posities: van een organisatie, een afdeling of een team. Enkelen hebben het van nature in zich. De meesten zijn onvoorbereid. Artsen hebben over het algemeen weinig met HR, kwaliteit, financiën, politiek en de minder tastbare aspecten van transformaties als vorm, samenhang, timing, draagvlak en aansluiting bij de context. 

Professionals, en mogelijk met name medisch specialisten, hebben de sleutel in handen voor het succes van de organisatie waarin ze werken. Zij leiden de transformatie naar waardegedreven zorg, met de juiste zorg op de juiste plek. Het is van cruciaal belang dat er meer aandacht wordt besteed aan de ontwikkeling van de professional en het cultiveren van klinisch leiderschap. Zij zijn de drijvende krachten achter de vernieuwing die nodig is voor een duurzaam zorgstelsel. Zij zijn het antwoord op de vraag: wie leidt de transformatie?

Heb jij hier aanvullende ideeën over en zou je dit met Cassandra willen delen?

Stuur Cassandra een e-mail, of maak contact op LinkedIn.